Bezonningsstudie

Bij de realisatie van een nieuw object kan schaduwwerking ontstaan die door derden als hinderlijk kan worden ervaren. Een onderzoek naar de mate van schaduwwerking draagt dan bij aan zorgvuldige besluitvorming. Een dergelijk onderzoek wordt doorgaans een bezonningsstudie genoemd

Door middel van het uitvoeren van een bezonningsstudie kan de mate van hinder worden vastgesteld en getoetst. Toetsing vindt plaats tegen bestaande bebouwing of ruimtelijk maximale benutting. Onderzoek vindt plaats naar een specifiek model of een massastudie.

Van de toekomstige ontwikkeling wordt eerst een massa studie gemaakt. Deze studie is gebaseerd op het IFC-model dat bijvoorbeeld door de architect wordt aangeleverd. De massa studie geeft weinig informatie over de vormen van het te realiseren pand. Het gaat hierbij slechts om de schaduwwerking op panden van derden. Als in de bestanden van de architect meer details meekomen, dan wordt dat ook in de bezonningsstudie zichtbaar.